Rondtrekkende meisjes van plezier

In het bevolkingsregister staat meestal niet alleen vermeld op welk adres een persoon is ingeschreven, maar ook welk beroep deze persoon uitoefent. Als op één adres zowel een tapper of tapster als meerdere publieke vrouwen staan ingeschreven, zou het zomaar kunnen dat we met een speelhuis ofwel een bordeel te maken hebben.

Afb. header. Reines des trotoirs. Prostituees in de Oudekennissteeg te Amsterdam bij café De Stadt Hamburg. Uitgave Berg en Co., ca. 1912. Stadsarchief Amsterdam.

 

Een aantal archiefinstellingen heeft de bevolkingsregisters niet alleen ontsloten op persoonsnaam en adres, maar ook op beroep. Onder ‘uitgebreid zoeken’ kun je in WieWasWie deze beroepen selecteren. Je vindt dan burgemeesters, landbouwers en dienstboden, maar ook beroepen in de marge zoals publieke vrouwen ofwel meisjes van plezier. In de database van WieWasWie geeft de zoekterm publieke vrouw 1.020 resultaten. Wanneer je een premiumtoegang hebt, kun je ook eenvoudig op spellingsvarianten zoeken. De zoekterm publiek* levert 1.121 resultaten op, omdat er nu naast publieke vrouw ook gezocht wordt op de termen, publieke meid en publiek meisje.

 

Prostitutie in de negentiende eeuw

In de negentiende eeuw zijn prostituee en boordeelhoud(st)er legale beroepen in Nederland. Onder de Franse overheersing wordt prostitutie in 1811 volledig gelegaliseerd en gereglementeerd. Er komt een registratieplicht voor prostituees en bordelen, en de vrouwen moeten zich regelmatig medisch laten keuren door een politiechirurgijn. Bij ziekte – syfilis tierde welig – mogen zij hun beroep tijdelijk niet uitoefenen en kunnen ze aanspraak maken op medicijnen of verzorging in een ziekenhuis. Helaas zullen de meeste vrouwen hier niet echt beter van zijn geworden; kwik was een van de standaardmedicijnen voor de behandeling van syfilis.

Met het vertrek van de Fransen in 1813 blijft prostitutie legaal, maar de verordeningen worden nu per gemeente geregeld. Zo schaft Amsterdam de medische keuringen af, terwijl in Breda met regelmaat publieke vrouwen tot een korte gevangenisstraf worden veroordeeld wegens het niet verschijnen op de ‘visitatie’. In de Haarlemse verordening tot het regelen van het toezicht op prostitutie (1893) wordt wel een zeer brede definitie van het begrip prostituee gegeven: ‘Iedere vrouw, die zich buiten echt aan meer dan één man overgeeft, is in den zin dezer Verordening eene prostituée’.

bordeel Maison Weinthal

Afb. 1. Prentbriefkaart van het bordeel Maison Weinthal met protest tegen de nieuwe politieverordening: ‘Je mag er naar kijken, maar inkomen niet’, 1902. Joods Museum, Amsterdam.

 

Leentje Rudolph

Een van de meisjes die in het bevolkingsregister als publieke vrouw staat ingeschreven is de Amsterdamse Leentje Rudolph. Op 16 mei 1841 wordt Leentje geboren op het Kwakerseiland – de huidige Kinkerbuurt – te Amsterdam, waar haar vader werkzaam is als molenaarsknecht op een van de vele hier staande molens. Als Leentje vijf jaar oud is overlijdt haar vader en verhuist ze samen met haar moeder naar de Jordaan. Tussen augustus 1859 en januari 1862 werkt ze volgens het bevolkingsregister als dienstbode op verschillende Amsterdamse adressen. Ze wordt in deze periode echter ook driemaal opgenomen in het Buitengasthuis, waaronder eenmaal op de afdeling Vrouwen Syphilitischen.  

Via de bevolkingsregisters is Leentjes spoor te volgen langs publieke huizen in Amsterdam, Zaandam, Amersfoort, Harderwijk, Rotterdam en Den Helder. Over het algemeen verblijft ze telkens slechts enkele weken of maanden op een adres, evenals de andere op deze adressen ingeschreven meisjes. Het was niet ongebruikelijk dat bordeelhouders onderling dames uitwisselden om steeds nieuw ‘aanbod’ te hebben. Bij de verschillende huizen van plezier kom je dan ook bij herhaling dezelfde namen tegen.

In maart 1866 wordt Leentje opgenomen op gynaecologische afdeling van het Binnengasthuis, vanwaar ze naar de kraamzaal gaat. Hier bevalt ze op 9 mei van een zoon, Johannes Jacobus, die drie maanden later overlijdt. Het moeten een zware zwangerschap en bevalling zijn geweest: Leentje verblijft bijna vijf maanden in het ziekenhuis. Uiteindelijk trouwt ze op 38-jarige leeftijd met Barend van Amelrooij. Lang heeft ze niet kunnen genieten van het huwelijksgeluk. Tien jaar later overlijdt Leentje op 14 juli 1889 in het Binnengasthuis aan een chronische nieraandoening.

De syfilisbesmetting waarvoor ze in 1861 is behandeld zal ongetwijfeld de oorzaak zijn geweest van zowel de zware zwangerschap en het overlijden van haar kind als de chronische ziekte die haar uiteindelijk fataal wordt.

Prostitutie in de Kromelleboogsteeg

Afb. 2. Prostitutie in de Kromelleboogsteeg gezien naar de Dam. Gerrit Lamberts, ca. 1820. Leentje Rudolph woont van maart 1886 tot mei 1889 in deze steeg. Collectie Stadsarchief Amsterdam.

 

Gerelateerd

Wilma van den Brink, blog Prostitutie in de negentiende eeuw

CBG Themapagina over voorouders in de marge: Boeven en boefjes in je familiegeschiedenis